De depressieve prins door Michiel

Er was eens een prins in een land hier ver vandaan. Zó ver, dat de vraag gerechtvaardigd is of het wel echt een land is. Wat we weten, is dat de zon er slechts op enkele plekken schijnt. Het is er kaal maar niet koud. Er wonen niet veel mensen, maar ze vieren wel vaak feest precies op de plekken waar de zon schijnt. En op de andere plekken waar de zon schijnt, verbouwen ze tomaten en aardbeien en aardappels en er lopen konijntjes en fazanten. 

De prins had een donkergrijs pak, een wit hemd en was best wel knap.

Op een dag zei de nar van de Koning tegen de prins in zijn donkergrijze pak: ‘Viktor, jij moet een zoon.’ Hij draaide een pirouete en vervolgde: ‘En dus ook een vrouw!’

‘Okee dan, een vrouw, ik heb er zat gezien, bij het aardbeienbos. Met lekkere billen onder losse jurkjes, met blije gezichten, een vrolijke lach. Maar Nar, ze willen me niet! Wat ik ook probeer. Is het soms mijn grijze pak?’

De Koning, die het regeren zat was en het tafereel gadesloeg, krabde in zijn baard en mompelde: ‘Een feest, nee, dat wordt hem niet. Hoe maak ik in godsnaam van Viktor een man, met een vrouw, een beetje zelfvertrouwen, en voldoende nageslacht? Wacht… Een oorlog! Nee, dat is niks voor hem. Hmmm, wat ik nodig heb is een listig plan’.

Die nacht sloop de Koning met een fakkel door zijn koninklijke tunnel naar het aardbeienbos. Zijn schaduwen in de donkere tunnel zouden de dapperste drakendoder nog hebben benauwd,  maar zo niet de Koning die maar aan een ding dacht: Aardbeien onder de sterrennacht!

‘Hallo Koning,’ zei Elfje, in haar witte watten jurkje, puntige oren en blauwe ogen zo diep dat zelfs de Koning niet naar haar kon kijken, zacht.

(smak) ‘Hallo Elfje. Ik heb (smak) een pro(smak)bleem. Ver(smak)tel me eens. Wat is het toch met Viktor? Iedereen hier viert feest onder de zon, maar hij zit maar in de schaduw te kniezen. Zijn gedachten bij de horizon. Jij bent een vrouw. Geef mij een plan!’

‘Hmm,’ giechelde Elfje. ‘Kijk Koning. Viktor is gevangen door de schaduw. Daar moet hij van los. Een bourgondisch of uitgedokterd Koningsplan gaat hem niet bevrijden.’

‘Ja juf, ik ben hier niet alleen voor de aardbeien.’

‘Het is niet anders, Koning, hij moet op reis. Vijf jaren. Anoniem, dus niet in zijn grijze pak. Te voet en te paard van zonnevlek naar zonnevlek. Van feest naar feest. En op elk feest zal hij zijn verhaal moeten doen. Net zolang totdat hem het zó de keel uithangt dat het niet meer terug kan in zijn keel. En dan zal hij genezen zijn.’

‘Maar hoe krijg ik Viktor zo ver?’

‘En zijn zoon zal worden verwekt over exact 5 jaar,’ zei Elfje haast in trance.

‘Ja, leuk, en… HOE… krijg ik hem zover…’

‘En mijn zoon zal worden verwekt over exact 5 jaar’ zei Elfje met zwoele stem.

‘Ahh … Echt?… Maar, ohh, jij hebt tijd zat met je 200 jaar. Tsonge, wat zie je in die vent.’

Plaats een reactie